Secretariaat

mr. A Rookmaker

Bastenakenstraat 130

1066 JG Amsterdam


Sinds 1 januari 2003 kent het erfrecht de wettelijke verdeling. Maar wat houdt dit nu precies in?
De wettelijke verdeling staat in boek 4 van het Burgerlijk Wetboek en deze regeling is van toepassing op een nalatenschap wanneer:
1) er bij het overlijden een echtgenoot en tenminste één kind als erfgenamen achterblijven
én
2) er geen testament is of de regeling van de wettelijke verdeling in het testament niet geheel is uitgesloten.


Het doel van de wettelijke verdeling is het goed verzorgd achterlaten van de langstlevende echtgenoot (of geregistreerd partner). De regeling is gebaseerd op het voorheen populaire testament ‘op de langstlevende’.
De langstlevende echtgenoot verkrijgt de gehele nalatenschap. Hij of zij krijgt alle goederen toegedeeld onder de verplichting de eventuele schulden van de nalatenschap voor zijn of haar rekening te nemen. De kinderen krijgen hun erfdeel niet direct maar krijgen een vordering in geld, ter grootte van hun erfdeel. Dit kindsdeel is pas opeisbaar zodra ook de langstlevende ouder is overleden, zodat deze ongestoord kan voortleven. Er zijn enkele situaties waarin de vordering van de kinderen eerder opeisbaar wordt, zoals bij het faillissement van de langstlevende.


De langstlevende ouder mag de nalatenschap opmaken. Het is dus voor het kind afwachten of zijn of haar kindsdeel te zijner tijd zal worden uitgekeerd. De vorderingen van de kinderen vormen een schuld in de nalatenschap van de langstlevende ouder.
De wet regelt verder dat de kinderen van de langstlevende ouder kunnen voorkomen dat er familiestukken verdwijnen naar een stiefouder, indien de langstlevende ouder is hertrouwd. De kinderen kunnen dan een beroep doen op hun wilsrechten en overdracht van deze goederen vragen. De stiefvader of -moeder mag deze familiestukken dan tijdens leven nog wel blijven gebruiken (vruchtgebruik), maar ze gaan uiteindelijk naar de kinderen.
Het kan verstandig zijn om het kindsdeel bij het overlijden van de eerste ouder door de notaris te laten vastleggen (en eventueel door de rechter te laten vaststellen), zodat hierover bij het overlijden van de tweede ouder geen discussie meer kan ontstaan.

Sluit je aan bij ons netwerk van erfrecht advocaten

lid worden